Jens zit in de brugklas en heeft ADHD. Overal waar hij komt verandert rust in rumoer en orde in chaos. Jens
is eraan gewend dat zijn klasgenoten vaak om hem lachen, maar nu is er iets vreemds aan de hand. Als hij
de klas inloopt, stoten ze elkaar aan, wijzen ze naar hem en proesten ze het uit op een geheimzinnige, gemene manier. Samen met Tom, Mahad en Suus probeert Jens erachter te komen waarom ze hem uitlachen. Tot zijn grote ontzetting blijkt de reden veel schokkender dan hij dacht...
Jens is woedend. Hoe kan hij zijn klasgenoten ooit nog onder ogen komen?