De kern van de waarheid van de bedelingen
Het Woord van God is een goudmijn. Ieder die erin delft, zal kunnen getuigen dat zijn ziel er al vaak 'een grote buit' (Ps. 199-162) in heeft gevonden. De schrijvers van dit boek willen de lezer meenemen naar die goudmijn. Het is hun bedoeling vergeten rijkdommen uit Gods Woord naar boven te halen en dat is hun met de hulp van de Heere ook gelukt.
De rijkdommen waarover het gaat, hebben enerzijds te maken met de verheerlijking van de Heere Jezus in de hemel en anderzijds de komst van de Heilige Geest op aarde. Nu is de Mens Christus Jezus verheerlijkt in de hemel. En God de Heilige Geest woont nu op de aarde, in elke gelovige individueel en in de gemeente als geheel. Als gevolg daarvan heeft de nieuwtestamentische gelovige een unieke positie in Christus gekregen en ook unieke, hemelse zegeningen.
Al deze verborgenheden zijn nu bekendgemaakt. Hiervan konden de oudtestamentische gelovigen niets weten. Dat was hun niet geopenbaard. Maar kennen wij die schatten?
Wat God belooft, doet Hij. Daarom zullen, na de opname van de gemeente in de hemel, alle profetieen uit het Oude Testament letterlijk vervuld worden.
In elke periode van de geschiedenis van de mensheid heeft God gehandeld om Zijn heerlijkheid te openbaren. Het verschil tussen Zijn omgang met de mens in het Oude Testament en in het Nieuwe Testament wordt in dit boek aan de hand van vele Schriftplaatsen naar voren gebracht. De eenheid van de Schrift wordt daarbij gehandhaafd en aangetoond.
Achter in het boek zijn verschillende registers opgenomen voor gebruikte begrippen, Bijbelteksten en personen. Er is bovendien een uitvoerige bibliografie aan wezig, waardoor het boek ook geschikt is als naslagwerk.